Digitale balans 2

Dit artikel verscheen in de Basics 4-2024

Het mediagebruik van kinderen verandert met de leeftijd. Heel jonge kinderen kijken vooral filmpjes en doen eenvoudige spelletjes op een scherm. Dat verandert tijdens de basisschoolleeftijd. Dan wordt online interactie met anderen belangrijker en intensiever. Dat vraagt van op voeders dat zij blijven kijken naar de digitale balans. In deze Basics deel 2 van de reeks over media-opvoeding.

Kinderen in de basisschoolleeftijd zetten hun eerste zelfstandige stappen in de mediasamenleving. Dat doen ze thuis, met vriendjes en vaak ook op school. Ze gaan van filmpjes kijken op bijvoorbeeld Netflix en YouTube Shorts naar games als Minecraft en spelletjesplatforms als Roblox. Voor opvoeders wordt daarmee minder zichtbaar wat een kind meemaakt in de online wereld. In de online wereld komen kinderen als ze ouder worden ook met (onbekende) anderen in contact via chatfuncties. En als ze nog weer wat ouder worden, zijn ze actief op sociale media als WhatsApp, TikTok en Snapchat. Ook educatieve apps en sites, zoals Duolingo of programma's die scholen gebruiken voor extra rekenen en taal, zetten in op onderling contact tussen kinderen en soms ook op onderlinge competitie. Dit vraagt om een andere inzet en betrokkenheid van opvoeders voor het krijgen of houden van een digitale balans, dan bij de jongere kinderen waar het over ging in de vorige Basics. De methode Geweldloos Verzet, zoals beschreven in het boek Moedig Ouderschap van Haim Omer (2021) geeft opvoeders hierbij handvatten.

Keukentafel
Er is minder (toe)zicht op mediaervaringen van het kind en mediagebruik is meer gericht op interactie met anderen. Het blijft belangrijk dat opvoeders betrokken zijn en de ervaringen van het kind blijven monitoren. Opvoeders kunnen bij de stappen in de mediawereld hun kind ondersteunen door interesse te tonen, vragen te stellen, dingen uit te leggen en waar nodig te troosten. Het advies is om laagdrempelig gesprekken te voeren. Gewoon aan de keukentafel. De eventuele risico's kunnen dan ook worden besproken. Bijvoorbeeld de verleiding om online iets te doen wat niet gezond of veilig is, zoals teveel online winkelen en teveel geld uitgeven of betrokken zijn bij online pesten. Opvoeders kunnen dit gesprek beginnen door bijvoorbeeld te vragen of het kind in het spel wel eens contact heeft met mensen die hij of zij niet kent. Geef daarbij de suggestie dat het ook wel eens om iemand kan gaan met minder goede bedoelingen. Vertel je kind dat hij of zij nare ervaringen altijd met je mag delen, ook als het al een poosje geleden is, zodat je samen kunt nadenken over een oplossing. Vraag iets oudere kinderen eens om een rondleiding in hun virtuele wereld, alsof zij de reisleider zijn en de opvoeder de toerist. De meeste adolescenten genieten hiervan en vertellen over alle ins and outs.

Ontwikkeling
Sociale media heeft ook veel potentie voor ontwikkeling. Bij kinderen die vooral op een passieve manier media gebruiken, kun je balans aanbrengen door ze ook te laten leren en creëren. Via Minecraft iets bouwen, vraagt om andere vaardigheden dan bijvoorbeeld op TikTok filmpjes swipen. Ook kan leerstof veel aantrekkelijker worden met digitale media. Je kunt kinderen stimuleren om media ook op een positieve manier in te zetten. Bijvoorbeeld met educatieve apps of websites zoals www.schooltv.nl. Sociale media kunnen dienen als 'sociale lijm' onder leeftijdsgenoten. Dit zie je terug bij kinderen die ieder in hun eigen huis, online gamen in een groep, gezamenlijk een doel behalen en daarover communiceren, soms zelfs in een andere taal. Of bij jongeren die al Facetimend samen huiswerk maken.

Schermtijd
Kinderen kunnen zo enthousiast zijn over alles wat ze tegenkomen, dat ze te lang achter het scherm blijven plakken of zichzelf mentaal te weinig rust gunnen. Apps zijn vaak zo ontwikkeld dat kinderen er uit zichzelf niet los van kunnen komen. Een kind kan dan snel geïrriteerd of boos worden wanneer het achter een scherm vandaan komt. Of juist heel lusteloos, hangerig en verveeld. Het brein is op dat moment overprikkeld en het lichaam juist inactief en onderprikkeld. De nadelen van teveel achter een scherm zitten, zijn tegenwoordig wel bekend. Te weinig bewegen en schadelijke effecten voor de ogen bijvoorbeeld. Deze komen ook steeds vaker naar voren in het nieuws en in andere programma's. Aan opvoeders de taak om te zorgen dat kinderen goed slapen, voldoende bewegen en ook andere dingen blijven doen. Daarnaast is het aan te raden de apparaten af en toe uit te laten zetten. Kinderen moeten zich soms gewoon even stierlijk kunnen vervelen. De grote vraag is natuurlijk hoe je dit doet als opvoeder. Welke afspraken maak je met je kind en hoe zorg je dat je kind zich daar aan houdt, zonder dat het gesprek telkens ontaardt in ruzie? En hoe ga je om met verschillen in schermtijd met leeftijdgenoten? Ook dat geeft namelijk druk op de eigen opvoedsituatie. Dit blijft een zoektocht en er zijn geen pasklare antwoorden.
Praat ook eens met het hele gezin over schermtijd. Wat vindt ieder gezinslid passend? Dat kan gaan over tijdsduur, maar ook over het moment van de dag waarop je wel of juist niet op je telefoon mag. Geef ieder gezinslid de ruimte om gehoord te worden en maak praktische afspraken. Hierbij kan het helpen om de afspraken op papier te zetten, af te spreken voor hoe lang dit wordt uitgeprobeerd en wanneer je met elkaar bespreekt of de aanpak bevalt. Opvoeders nemen hierin de leiding, zij nemen de eindbeslissing over wat daadwerkelijk goed is. Ze zorgen er ook voor dat de gezamenlijk gemaakte afspraken worden nageleefd. Als opvoeder kun je het gevoel hebben dat je de zeurende partij bent. Grenzen stellen blijft echter een belangrijke en noodzakelijke opvoedtaak. Ook als kinderen menen dat de regels alleen bij hun thuis gelden. De boosheid die mogelijk volgt, hoort erbij. Vaak ebt dit na een poos weer weg.

Begrenzen en ingrijpen
Kinderen verwaarlozen op steeds jongere leeftijd activiteiten in de echte wereld. Ze ruilen die in voor de voordelen van de virtuele wereld. Mediagebruik kan kinderen laten afdrijven van hun ouders. Denk hierbij aan gezinnen in een restaurant waarbij iedereen achter zijn eigen scherm bezig is zonder echt tijd met elkaar door te brengen of de verbinding nog te voelen. Opvoeders schromen regelmatig om in te grijpen. Voor een gezonde digitale balans is dat echter noodzakelijk. Tegenwoordig is op smartphones bij te houden hoeveel tijd er aan welke app wordt gespendeerd. Samen een experiment maken van hoeveel schermtijd er wordt gebruikt door ieder gezinslid kan leuk, confronterend en leerzaam zijn.
Intensief gamen komt steeds vaker voor, met name bij jongens. Jongeren gamen dan ten minste 24 uur per week. Op de middelbare school gaat dit om twintig procent van de jongens en vijf procent van de meisjes. Hoe problematisch dit is, verschilt per kind en per gezin. Het wordt een verslaving als het gaat leiden tot afhankelijkheid en dit ten koste gaat van vriendschappen en verwaarlozing van zichzelf. Als een opvoeder zich hierover zorgen maakt, dan is het goed om te bedenken dat computers, internet en smartphones gebruiksdiensten zijn. Opvoeders geven die aan hun kinderen. Aan het gebruik zijn voorwaarden verbonden. Het is aan de opvoeder om te kijken of dat schadelijk is of niet. Als er sprake is van schadelijk gedrag, dan is het de plicht van de opvoeder om de dienst niet langer te leveren. Dat kan door bijvoorbeeld schermtijd te beperken, de internettoegang te beperken of het apparaat in beslag te nemen. Dit zijn stevige ingrepen, die uiteraard gefaseerd kunnen worden ingezet. En vooral pas als de zorgen groot zijn. Professionele hulp inschakelen past daar dan ook bij.

Lotte Adriaans
Basic Trust Liempde
Terug

De ouder aan het woord

"Een persoonlijke, positieve benadering. Er werd echt naar ons geluisterd en naar de situatie van Yin en ons gekeken, de adviezen waren goed toe te passen. We merkten heel snel verbetering"