Adoptiegrootouders

Dit artikel verscheen eerder in de Basics 4-2015

Misschien herkent u het. U leeft van harte mee met het wel en wee van uw volwassen kinderen, ook als ze plannen maken om een kindje te adopteren. Samen kunt u haast niet wachten tot het eindelijk zover is... U zorgt voor een hartverwarmend welkom, maar in de weken en maanden die volgen blijkt het soms toch best ingewikkeld te zijn.

Familiebanden zijn belangrijk. Familieliefde zorgt voor een betere ontwikkeling van de hersenen van een kind en vergroot de kans op een goede toekomst. Uit wetenschappelijk onderzoek (o.a. van professor Van IJzendoorn van de Universiteit van Leiden) blijkt dat gebrek aan familieliefde de ontwikkeling van kinderen in de weg staat. Dit kan zelfs leiden tot stagnerende fysieke groei en gedragsproblemen. Van je familie moetje het dus hebben! Voor een geadopteerd kind is dat niet anders. Het kind gaat behoren tot een nieuwe familie en het is belangrijk voor hem of haar om onderdeel zijn van een nieuwe familie die bestaat uit verschillende generaties. Een familie die er voor altijd is, je leven lang. Voor de ouders is de verbondenheid van hun geadopteerde kind met de familie vanzelfsprekend. Dit kind is immers de vervulling van hun droom! Maar voor grootouders voelt het soms niet direct als vanzelfsprekend. Daarover gaat het in dit artikel.

De ouders steunen

Niet altijd staan grootouders achter de keuze van hun kinderen om te adopteren. Het is goed u te realiseren dat zij met deze wens niet alleen het geluk van het kind op het oog hebben, maar ook hun eigen geluk, de wens om vader of moeder te worden. Uw steun is daarbij essentieel. Na de aankomst van het kind kunt u de ouders bevestigen in hun ouderrol door hun beslissingen te respecteren, ook al zijn die niet altijd invoelbaar. Zij hebben de regie en bepalen wat goed is voor hun kind. Zo hebben uw geadopteerde kleinkind en zijn of haar ouders tijd nodig om zich aan elkaar te hechten. Dat is de reden dat sommige adoptieouders er voor kiezen de eerste tijd anderen nog niet heel dichtbij te latenkomen. Dat is lastig voor u als grootouder, u hebt zo lang gewacht op de komst van dit kind en u bent zo blij dat uw zoon of dochter nu eindelijk ouder is geworden. U wilt uiting geven aan de liefde die u voelt, en nu moet u terughoudend zijn.

Bij alle kersverse ouders speelt onzekerheid, zij zijn immers voor het eerst ouder. Daarnaast realiseren adoptieouders zich vaak dat het opvoeden van hun kind extra gecompliceerd kan zijn. Het adopteren van een kind brengt met zich mee dat er veel is dat je niet weet van het kind, iets dat onzekerheid extra versterkt. Daar komt bij dat bij een geadopteerd kind de kans op problematische gehechtheid reëel is. Als grootouder kunt u zich verdiepen in deze materie en in de aanpak die uw kleinkind nodig heeft. En als de ouders hierover zorgen hebben, helpt het niet om deze zorgen te bagatelliseren ('ach joh, dat had jij vroeger ook' of 'dat gaat vanzelf wel over') of ongevraagd advies te geven. U doet er goed aan hun zorgen en inzet serieus te nemen door hun in hun zorgen te erkennen, hun de ruimte te geven om uit te komen huilen en naar hun verhaal te luisteren. Dat alleen al is zó belangrijk. Ook het kind kunt u een plek bieden om tot rust te komen en bij te tanken als het even niet zo soepel verloopt en er spanningen zijn.

Door de start die het geadopteerde kind in het leven had, met scheidingen en tekorten, leerde het zich staande te houden door gedrag te ontwikkelen dat zorgde voor overleven. Het kan daardoor bijvoorbeeld geleerd hebben een allemansvriendje te zijn, dat zich bij anderen - ook bij de grootouders - voorbeeldig gedraagt en graag op schoot zit en wordt geknuffeld. Het kan ook zijn dat het juist niet aangeraakt wil worden en moeite heeft om u te begroeten. Doordat het kind zich gedraagt als allemansvriendje rekent u zich wellicht te rijk, u geniet van al dit geknuffel. Als het kind niet aangeraakt wil worden kunt u zich uit het veld laten slaan en voelt u zich wellicht afgewezen. Dit kleinkind vraagt om een andere aanpak dan u gewend bent bij uw eventuele andere kleinkinderen, het gaat soms minder vanzelfsprekend. Probeert u er vooral ontspannen mee om te gaan als het kind u niet wil omhelzen of moeite heeft met oogcontact en straal uit: het komt wel!

Familiegelijkenis

Verder kan het een rol spelen dat u in het kind de familiegelijkenis mist. Dat is echter betrekkelijk, immers als u goed kijkt kunt u na verloop van tijd op heel veel manieren overeenkomsten zien. 'Er zijn duizend-en-éénmanier en om op iemand te lijken: de intonatie van je stem, uitdrukkingen, gebaren, mimiek, smaken, voorkeuren... Als ouder of grootouder geef je van alles en nog wat door aan het kind. Het kind groeit op door identificatie, omdat het ondergedompeld wordt in de cultuur van een gezin. Het groeit op in relatie tot de mensen uit zijn omgeving. Dus er zijn altijd gelijkenissen te vinden.' (Sabine Duchenne, in 'Adoptie: hoe beleven omaen opa het?').

Tenslotte

U weet dat uw geadopteerde kleinkind een moeizame start in het leven heeft gehad. Misschien bent u daardoor geneigd u te laten leiden door medelijden en wilt u uw kleinkind extra verwennen. Probeert u in plaats daarvan vooral te investeren in de opbouw van een band en uw liefde te uiten door voorspelbaarheid en oprechte aandacht en interesse. Dan gaat uw kleinkind ervaren: 'zo gaat het bij opa en oma'. En misschien het belangrijkste, wees gewoon opa en oma en geef warmte en gezelligheid.

Verder lezen: Mijn kleinkind uit een ver land - ervaringen van groot ouders van adoptiekinderen, van Machteld de Jongh et al, Uitgeverij Rainbow,2011

Lyda Plooy

Terug

De ouder aan het woord

"Een persoonlijke, positieve benadering. Er werd echt naar ons geluisterd en naar de situatie van Yin en ons gekeken, de adviezen waren goed toe te passen. We merkten heel snel verbetering"